Blog: Benenwerk

< terug naar alle berichten

Het zijn goede voornemens. Je betaalt voor een kwartaal of zelfs voor een jaar en vult in hoe vaak je wilt trainen. Ten minste één keer per week of misschien wel twee maal. Meer vastberaden types of geboren optimisten denken aan drie keer per week of onbeperkt trainen. Het is net als met eten, de begeerte is vaak groter dan het eetvermogen.

Maar goed, deze week was de wasmand gevuld met drie T-shirts die dringend aan een nieuw geurtje toe waren. Terwijl sensei Hans op zomerverlof was, mochten wij zweten onder leiding van Levi, Mark en Rick. De jongens van weleer die steeds meer groeien in hun rol van sensei. Afgelopen week hadden ze waarschijnlijk de koppen bij elkaar gestoken. ‘Wat wordt het thema?’ ‘Buikspieren!’ ‘Nee Levi nu even niet.’ En na wat heen en weer gepraat was er opeens een leidraad toen iemand opperde: ‘laten we de benen eens onder handen nemen.’

We behoefden bij aanvang geen touwtje te pakken. We konden direct een trapkussen en een maatje uitkiezen. Mijn partner woog bijna twintig kilo zwaarder en stak met kop en schouders boven mij uit. Een vriendelijke reus wiens lowkicks dwars door het kussen heen leken te komen. Wat je allemaal niet met zo’n trapkussen kunt doen. Op de heup, voor de borst voor een gesprongen knie of lager bij ‘knieën in hoog tempo’. En dan sparren, met extra aandacht voor de benen.

Op donderdag mochten we eerst een heerlijk circuitje doen met voor elke deelnemer een eigen oefening. Daarna werd er aan de techniek gewerkt, waarbij opnieuw de benen niet werden gespaard. ‘Leren nemen’ noemen ze dat hier. Vervolgens mochten we, gedurende anderhalve minuut, alles op elkaar uitproberen. Dertig seconden rust en dan doordraaien. Nergens heb je zoveel wisselende contacten als bij Westerkoogsport.

Gezien de spierpijn en de gevoelige plekken hoopte ik stiekem op een wat rustiger zaterdagochtendtraining. Daar tref je een ander trouw publiek dat liever een bokszak tussen de handschoen en de partner van de week ziet. De onregelmatige Engelsman was er dit keer ook. Oh nee, Welshman, ‘don’t forget’. Geen ander heeft zoveel rappe en charmante babbels. Maanden zie je hem niet en opeens is hij luid en duidelijk aanwezig, joviaal kletsend over van alles en nog wat. Net als iedereen mocht ook hij op de bokszak tekeer gaan, waarbij wederom het onderstel niet werd vergeten. Aan het eind riep Levi ons op om toch even onderuit te gaan. De buikspieren kregen nog een onderhoudsbeurtje. ‘Omhoog! Langzaam zakken en vasthouden tot ik mijn thee op heb. Dan zijn we klaar……….’

‘Do you want some milk in your tea?’ vroeg onze Welshman.

Ush
Arjen van Ginkel



< terug naar alle berichten